Vanuit Airlie beach rijden we naar Townsville waar we – ondanks dat we op tijd zijn vertrokken – nog maar nét op tijd zijn voor de ferry naar Magnetic Island, liefkozend ook wel “Maggie” genoemd. De relaxte ‘Aussie lifestyle’ werkt ons ditmaal tegen op de weg. We hebben nauwelijks mensen op het behalen van de maximum snelheid kunnen betrappen. We laten onze campervan in Townsville achter, want na een ruime maand kamperen leek het ons ook een keer leuk om weer eens met een echt dak boven ons hoofd te slapen en hebben een AirBnB geboekt.
Knuffelen met Koala’s
In de haven van Nelly Bay worden we opgehaald door de eigenaar van onze AirBnB, een Zwitser die jaren geleden is geëmigreerd naar Australië. Na een korte rondleiding door ons enige privé huisje (met eigen veranda, inclusief hangmat!) zijn we wederom net op tijd voor de bus naar de koala sanctuary, waardoor we tevens net op tijd zijn voor de rondleiding van 14.30 uur. Een enthousiaste jonge ranger neemt ons mee naar de dieren die hier worden verzorgt. Dit zijn dieren die voorheen als huisdier werden gehouden, dieren die om andere reden in gevangenschap zijn geboren en dieren die na een ongeval (bijvoorbeeld aangereden door een auto) niet meer in het wild kunnen leven. Ze vertelt ons van alles over de verschillende hagedissen (de blauwe tong hagedis geeft graag kussen weg), het verschil tussen zoet- en zoutwaterkrokodillen (eigenlijk zijn vooral deze laatste erg gevaarlijk voor mensen), een python, een wombat, een wallabie en natuurlijk de koala’s. Deze knuffelbare jongens zijn eigenlijk niet echt bijster intelligent noch sociaal, maar door hun uiterlijk hebben ze een enorm schattigheidsgehalte. Het vasthouden van de koala mag maar heel kort en volgens een strak regime, maar het was zeker de moeite waard.






Aan het einde van de tour is het toevallig ook voedertijd voor de lokale regenbooglori vogels. Ze eten letterlijk uit je hand (of vanaf je hoofd, net hoe het de bijdehante vogels blieft). We worden soms wel door 6 hongerige vogels tegelijk bezet. Dit zorgt uiteraard voor de nodige hilariteit.



Voor de bus terug naar onze AirBnB zijn we eigenlijk 15 minuten te laat, maar wat blijkt: de bus is wel 17 minuten te laat dus zijn we (alweer) mooi op tijd. ’s Avonds eten we bij Thai Again een prima Thaise maaltijd in een traditioneel Aziatisch kitscherig ingericht restaurantje. En we kunnen eindelijk een BYO – oftewel ‘Bring Your Own’ – uitproberen en hebben dus ons eigen flesje wijn meegenomen. Ideaal!
Hiken op Magnetic
Nadat we gisteren namiddag het eiland al vluchtig per bus hebben bekeken, gaan we vandaag te voet op pad. We beginnen met een wandeling van Nelly Bay naar Horseshoe Bay, een track die dwars over het eiland loopt.
Het levert een aardig uitzicht op de baai op en leuke wandeling:
We belonen onszelf in Horseshoe bay met een kopje koffie met uitzicht op zee (oké, dat werd uiteindelijk een mega koffiemilkshake, maar we hadden het gewoon heel warm).
Vanuit Horseshoe Bay gaat de route terug de heuvel op naar het begin van The Forts walk, zoals de naam doet vermoeden is het een wandeling tussen de overblijfselen van een oud verdedigingsfort uit de Tweede Wereldoorlog. Deze wandeling is voornamelijk populair vanwege de mooie vergezichten, maar vooral vanwege de grote kans om koala’s te spotten. Nu heeft “Maggie” sowieso de hoogste koala dichtheid van heel Australië dus dat belooft wat. Het is zeker een leuk loopje met dito uitzicht op de verschillende baaien, maar het absolute hoogtepunt was toch wel een moederkoala met haar jong in de boom. Op de heenweg zat kindlief nog dicht tegen moeders aangekropen, maar toen wij er op de terugweg langs liepen zat de babykoala – ook wel Joey genoemd – wakker en wel aan een tak vastgeklampt. We kunnen er uuuren naar kijken.


Nadat we Joey en zijn moeder achter laten lopen we door naar Arcadia bay voor een verfrissende duik in zee (en onderweg spotten we ook nog een brullende koala, wat een vreselijk geluid maken die beesten). Eerlijk is eerlijk, met het risico op “stingers” durven we niet te lang in het water te blijven. Op onze laatste krachten lopen we een paar honderd meter verder naar een punt waar naar verluid veel rotskangoeroes (wallabies) zitten. De reden dat er zoveel zijn is mede dat ze, ondanks het verzoek dit niet te doen, door de mensen worden gevoed. Wij brengen niets te eten mee, maar zien meer dan voldoende mensen de beesten toch voeren.
Het is een beetje dubbel, want het stelt ons wel in de gelegenheid om van dichtbij foto’s te nemen:
Het laatste stuk van de dag leggen we dan toch per bus af, maar dat is na 18 kilometer wandelen door heuvelachtig gebied ook geen schande.

Mission beach
Na twee nachten is het helaas alweer tijd om Magnetic Island te verlaten. We nemen de ferry naar Townsville van 10.00 uur. De campervan staat er nog, lekker te ‘shinen’ in de zon. We rijden, met uitzondering van een boodschappenstop, in een keer door naar Mission Beach. Op de camping krijgen we een plekje aan de strandkant toegewezen met uitzicht op zee. In de namiddag relaxen we lekker op het strand en ’s avonds is het dan eindelijk een keertje tijd voor het betere barbecue-werk, of de ‘barbie’ zoals de Aussies dat zeggen. Barbies zijn overal, op campings, in parken, op parkeerplaatsen, je kunt het zo gek niet bedenken of er is een barbie aanwezig.
Rijden door het regenwoud
Er staat de volgende dag weer een mooie rit op het programma van Mission beach naar Cape Tribulation, dwars door het regenwoud en langs de kust. Dit moet toch wel een van de mooiste ritjes in Australië zijn geweest. Ook de camping is midden in het regenwoud, vlakbij het strand. Helaas is zwemmen in zee geen optie, want het is hoogseizoen voor de ‘crocs’ (en nee, dat betekent niet dat hier de Crocs schoenen ineens helemaal in zijn). Gelukkig hebben we een zwembadje op de camping en poedelen daar wat totdat de zon ondergaat om een uur of 6.

Jungle surfen
Het Daintree regenwoud, tevens het oudste regenwoud ter wereld, is een indrukwekkende plek om te zijn en rond te lopen. Een andere, bijzondere manier om het regenwoud te ervaren is door middel van “Jungle Surfing”, oftewel ziplinen door het woud. Op een hoogte tot wel 20 meter scheren we door de bomen en genieten van de bijzondere natuur van Daintree. Na een rustige ‘scenic’ start is het in het tweede deel van de tour tijd voor wat meer snelheid en zelfs ondersteboven ziplinen. Het was zeker de moeite waard en leuk om het regenwoud eens vanuit een ander perspectief te bekijken.
Een indruk van het jungle surf avontuur van “McLovin” en “Princess Leia”:
In de middag relaxen we wat bij het zwembad. We verblijven maar liefst vier nachten op deze mooie plek dus we hebben wat meer tijd om af en toe ook even niets te doen.
Wandelen door de jungle
Na een dagje ziplinen is het tijd om het regenwoud te voet te verkennen. Vanaf het Turtle Bay café lopen we over de “boardwalk” (met hier en daar borden met uitleg over de flora en fauna van de jungle) naar het strand. We hebben voor de zekerheid een wandelstok mee, niet ter ondersteuning tijdens het wandelen, maar uit voorzorg mochten we in aanraking komen met een Cassowary (Casuarius in het Nederlands). Met een reputatie als ’s werelds gevaarlijkste vogel is een ontmoeting niet geheel zonder risico.
We lopen over het verlaten strand naar en over de kaap naar Cape Tribulation beach.
Dit is tevens de plek waar twee natuurlijke “World Heritage Sites” in elkaar overlopen: het Daintree regenwoud en de Great Barrier Reef:

Onze route eindigt hier en we lopen via de weg weer terug naar de camping.’s Avonds kletsen we gezellig na bij het kampvuur van onze buren Josie en Kurt, een Australisch stel die ondertussen al 4 jaar op reis zijn door Australië. Vergeleken met hen zijn wij nog reisamateurs. Om het feest helemaal compleet te maken haalt Josie er zelfs een zak marshmallows bij, mmmm….
Great Barrier Reef
Een reis naar Australië is eigenlijk niet compleet zonder een snorkel- of duiktocht naar een van de vele beroemde riffen. Wij hebben bewust gekozen voor een noorderlijker deel van het Great Barrier Reef, omdat hier veel minder tours naar toe gaan en je dus ook veel rustiger kunt snorkelen.
Na een check in en het aanmeten van een stingersuit gaan we het water op. We komen onderweg naar het rif nog dolfijnen tegen, dat uitzicht gaat toch ook nooit vervelen. Na ruim een half uur varen komen we bij de eerste snorkelplek aan. Het koraal is mooi en de vissen kleurrijk. Helaas geen schildpadjes ditmaal. Die zijn hier regelmatig te zien, maar dat mag de pret niet drukken. Ook de tweede spot die we bezoeken is erg mooi. Erg veel kleurrijke vissen en veel bijzondere grote schelpen.
Een kleine impressie van deze wonderlijke onderwaterwereld:
We sluiten de dag in stijl af bij het kampvuur (wederom met marshmallows) en Josie en Kurt hebben voor ons zelfs een pak Tim Tams (‘chockie bikkies’ op z’n Aussies) gekocht (we kunnen Australië namelijk niet verlaten zonder dé zoete Aussie snack te hebben geproefd), super leuk!
Afscheid van de campervan
Na vier dagen ontspannen in het regenwoud is het tijd om de afzondering van Cape Tribulation (geen WiFi en geen telefoonnetwek) achter ons te laten. Het is bovendien tijd om de campervan in te leveren. Onderweg komen we dan toch nog een Cassowary tegen, wat een enorm beest!
Het inleveren van de campervan valt ons zwaarder dan gedacht. Het is toch voor ruim 10.000 kilometer ons rijdend huisje geweest. Het heeft in ons beiden toch wel de kampeerder naar boven gehaald en we gaan zeker nog eens op vakantie met een campervan.
Cairns
Voor de laatste dagen zitten we in een AirBnB net iets buiten het centrum van Cairns. Het grote wooncomplex beschikt over 9 (!) zwembaden. Voldoende mogelijkheid om even af te koelen in het hete Cairns als dat nodig is. De 2,5 dag in Cairns besteden we aan relaxen bij een van de zwembaden, rondlopen door het kleine stadscentrum met sfeervolle boulevard (met enorm stadsstrand), lekker ontbijten, lunchen en dineren in een van de vele leuke restaurantjes en we bezoeken Tjapukai.


Tjapukai is een Aboriginal Cultural Park. We hadden op K’gari al veel van Dave geleerd over de Aboriginal cultuur dus dit bezoek was een mooie aanvulling daarop. Daarbij mogen we zelf ook aan het werk met speerwerpen, boemerang gooien (“ah, daar gaat weer een frisbee” als de boemerang recht de lucht in vliegt in plaats van weer terug komt) en boemerang beschilderen.

Dat laatste is overigens best goed gelukt al zeggen we het zelf:
We zijn meer dan een halve dag zoet geweest in het park en dit was wat ons betreft zeker de moeite waard.

Na 45 dagen en ruim 10.000 kilometer is het tijd om afscheid te nemen van Australië. Australië loopt misschien niet over van de hoogtepunten en aaneenschakeling van ‘wow-momenten’ (je moet toch vaak een flink stuk rijden voor een nieuw hoogtepunt), maar het is in alle opzichten zo’n uniek land dat wij het erg gaan missen. De bijzondere en unieke flora en fauna die nergens anders ter wereld te vinden zijn, de supervriendelijke en relaxte mensen, de “no worries”-mentaliteit, de sfeervolle steden en met “heaps of” leuke restaurantjes en barretjes. En na alle verhalen van andere Aussies over de bijzondere westkust komen wij hier zeker terug.
B&E
Wat een bijzondere dieren. Zo’n casuaris zou in Jurassic Park niet misstaan. Maar gelukkig is jullie een ontmoeting met dit dier bespaard gebleven, want zou een wandelstok wel voldoende zijn? We vragen het Freek Vonk…
LikeLike
Wat schattig, die koala’s! Ik neem aan dat het geen giftige slangen waren… Brrr…Ik moet er niet aan denken. En weer…wat een bijzondere reis maken jullie en fantastische foto’s!! Martine
LikeLike